Wat als je een huis koopt met een slecht energielabel (D t/m G) in Rotterdam?

Een woning met label D, E, F of G hoeft geen dealbreaker te zijn. In veel gevallen is het juist een kans om de woning te upgraden en daarmee de waarde te verhogen. Je kunt bij diverse banken extra financiering krijgen om de energiebesparende maatregelen direct uit te voeren. Denk hierbij aan het plaatsen van zonnepanelen, verbeterde isolatie of het vervangen van CV-ketels door een zuinigere warmtepomp. Zo maak je van een slecht presterend huis een duurzame en comfortabele woning.

Ook al zijn de maandlasten in eerste instantie hoger, omdat je meer leent, kun je dit meestal compenseren met de lagere energierekening. Bovendien krijg je via subsidies en diverse regelingen vaak aanvullende ondersteuning. Zo is er bijvoorbeeld de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE), die tegemoetkomingen biedt voor warmtepompen, zonneboilers en isolatiemaatregelen. Daarnaast is er de Energiebespaarlening via het Nationaal Warmtefonds, waarmee je tegen gunstige rentecondities kunt lenen voor verduurzaming.

Een slecht energielabel kan wel invloed hebben op de toekomstige verkoopwaarde. Potentiële kopers letten hier steeds meer op. Maar als je de juiste stappen zet om het label te verbeteren, kun je deze negatieve spiraal doorbreken en de woningwaarde juist laten groeien. Zie een slecht label daarom als een stapsteen en niet als een obstakel. Met de juiste investeringen verander je een energievreter in een duurzaam pareltje waar je nog jaren profijt van hebt.

Voorbeelden uit de praktijk

Casus 1: Stel je voor dat je als jong starterskoppel een nieuwbouwwoning met label A koopt. Je winstmarge zit niet alleen in de lagere energiekosten, maar ook in de kans op een rentekorting bij bepaalde hypotheekverstrekkers. Deze rentekorting kan honderden euro’s per jaar schelen, waardoor het kopen van die droomwoning ineens binnen handbereik komt. Bovendien kun je met een energiezuinige woning vaak nét dat beetje extra lenen, omdat de bank verwacht dat je lagere maandlasten hebt en dus meer afloscapaciteit.

Casus 2: Je hebt je zinnen gezet op een woning met label E, omdat je verliefd bent op de locatie en de charmante uitstraling. In eerste instantie lijkt dit label niet veel goeds te voorspellen, maar je ontdekt dat je via je hypotheek tot wel € 15.000 extra kunt lenen voor verduurzaming. Dankzij deze extra leencapaciteit pak je direct de isolatie van de gevel aan en laat je zonnepanelen plaatsen. Hiermee verbeter je niet alleen het wooncomfort, maar verhoog je ook het energielabel – en daarmee de toekomstige waarde van je huis.

Beide voorbeelden tonen aan dat investeren in een goed energielabel zich op meerdere manieren terugbetaalt. Of je nu startende koper bent of doorstromer, je kunt profiteren van lagere lasten en een potentieel hogere verkoopprijs in de toekomst. De sleutel is om goed te kijken naar de mogelijkheden en regelingen die er zijn. Met de juiste begeleiding – bijvoorbeeld van een hypotheekadviseur in Rotterdam of energieadviseur – ben je vaak verder dan je denkt.

Verduurzamen na aankoop

Heb je eenmaal een woning gekocht met een suboptimaal energielabel, dan is er geen man overboord. Er bestaat namelijk zoiets als een energiebespaarbudget. Dit budget kun je gebruiken om direct na de aankoop van de woning verduurzamende maatregelen te treffen. Verschillende banken laten je een deel van je hypotheek reserveren voor deze investeringen, zodat je niet later met hoge kosten te maken krijgt.

Daarnaast zijn er vanuit de overheid en gemeenten subsidieregelingen waar je gebruik van kunt maken. De ISDE subsidieert bijvoorbeeld (hybride) warmtepompen, zonneboilers en andere energiebesparende maatregelen. Het Nationaal Warmtefonds biedt de Energiebespaarlening aan met gunstige rentetarieven, speciaal gericht op duurzaamheidsinvesteringen. Vaak is het slim om een combinatie van subsidies en goedkopere leningen te gebruiken, zodat je jouw woning stap voor stap kunt upgraden zonder onnodig hoge kosten.

Of je nu kiest voor grootschalige maatregelen – zoals spouwmuurisolatie, dakisolatie of een warmtepomp – of voor kleinere aanpassingen als radiatorfolie en waterbesparende kranen, elk stapje helpt om je energielabel te verbeteren. Zelfs eenvoudige aanpassingen als ledverlichting en tochtstrips kunnen op de lange termijn verrassend veel verschil maken. Het is een kwestie van inventariseren welke opties het meeste effect hebben en wat past bij jouw budget en woonsituatie.

Wet- en regelgeving: De toekomst van energielabels  

De regels rondom energielabels zijn voortdurend in ontwikkeling, ook in Rotterdam. De overheid streeft ernaar om de woningvoorraad in Nederland zo snel mogelijk te verduurzamen. Dat betekent dat de eisen voor een goed energielabel steeds strenger kunnen worden. Voor huiseigenaren is het daarom goed om te weten dat het niet bij één keer investeren blijft. Mogelijk moet je de woning in de toekomst nog verder verduurzamen om aan nieuwe richtlijnen te voldoen.

Toch hoef je niet bang te zijn dat je telkens voor torenhoge kosten komt te staan. Vaak kun je veel winst behalen met een paar gerichte aanpassingen. Denk aan gevelisolatie, HR++-glas of een geïsoleerd dak. Ook het vervangen van oude apparaten door energiezuinige ‘A+++’-modellen levert direct resultaat op. Op de lange termijn is er bovendien een duidelijke trend: steeds meer mensen zijn bezig met duurzaam wonen, waardoor er een breder aanbod van groene oplossingen ontstaat en die kosten naar verwachting verder zullen dalen.

De toekomst van energielabels ligt in een combinatie van comfort en energiebesparing. Vroeger dacht men bij een energiezuinige woning misschien aan een kil, Spartaans onderkomen. Tegenwoordig is het tegenovergestelde waar: een goed geïsoleerde woning blijft langer koel in de zomer en behaaglijk warm in de winter, vaak zonder dat de kachel hoger hoeft. Zo gaan duurzaamheid en wooncomfort hand in hand. Ook banken en overheden spelen hierop in met hun financierings- en stimuleringsmaatregelen.